Ireen Balkonton op woonboot

Het is vandaag Darwin-dag. Darwin veranderde voorgoed onze kijk op onze ontstaansgeschiedenis. Met zijn laatste werk uit 1881 veranderde hij ook onze kijk op de worm. Die is onmisbaar voor onze bodem. En wormen kunnen helpen om afval te verwerken. Ireen Laarakker van Balkonton is expert op het gebied van wormcomposteren. Haal meer uit je gft-afval! Ook een wormcompostfabriekje op jouw balkon? 

Gemiddeld zamelden gemeenten in 2019 per inwoner 90 kilogram gft-afval in per inwoner volgens het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). Nederland telde zo’n 17,2 miljoen inwoners. Stel je die berg gft-afval eens voor. Metershoog fruit-, groenten- en ander gft-afval. Vrachtwagens moeten dat afval afvoeren en het afval moet worden verwerkt. Als je zelf composteert, scheelt dat transport en energie en je houdt de kringloop klein. Bovendien levert het een vruchtbaar product op voor je tuin. Maar wat heeft dit te maken met de worm? Nou, die worm biedt eerste hulp bij composteren. Compostwormen helpen om de composthoop luchtig te houden. Wist je dat ze hun eigen gewicht per dag kunnen omzetten in compost?   

Compostfabriekje op je balkon

Open Dag Balkonton

Ireen Laarakker heeft zich met haar in 2014 opgerichte bedrijf Balkonton gespecialiseerd in wormen en composteren. Haar doel is mensen bewust te maken dat ze veel meer kunnen halen uit hun gft-afval. “Eigenlijk bizar,” stelt ze. “Je gooit bananenschillen vol waardevolle mineralen weg. Vervolgens sta je in het tuincentrum in de rij voor een zak potgrond of een fles plantenvoeding waar je ook nog eens voor moet betalen.” 

Als je je eigen compost maakt, kun je zelf bepalen wat er in komt. Koop je de ingrediënten voor je compost biologisch in dan heb je ook nog eens biologische compost. “De compost van de centrale compostering is niet voor niets gratis,” stelt Ireen. “Je kunt niet controleren wat je buren in hun gft-bak gooien. Misschien wel sigarettenpeuken of kattenbakkorrels. En die worden dan samen gecomposteerd met jouw zorgvuldig gescheiden afval.” 

Iedereen kan het leren!

Zelf woont Ireen in een woonboot met ruime tuin in Amsterdam-Noord. “Maar niet iedereen is gezegend met veel buitenruimte. De meeste stadsbewoners moeten het doen met een balkonnetje of minituintje. Een composthoop op zo’n kleine oppervlakte, dat is geen goed idee.” Zo kwam Ireen op het idee om wormenbakken te ontwerpen. Die kun je overal plaatsen en zo kun je toch zelf aan de slag met zelf composteren. Van huis uit is Ireen industrieel ontwerper. “Daarom vond ik het ook belangrijk dat mijn wormenbak er leuk uitziet!,” vertelt ze. “Het resultaat is de Balkonton Classic. Deze verticale tuin heeft een doorsnede van 40 centimeter met daarin een wormencompostbuis. Deze is geschikt voor kleine hoeveelheden afval. Zijn grotere broer, de Gevelbak, heb ik ook zelf ontworpen.”

Goed begin is het halve werk!

Maar hoe begin je met zelf composteren en wat heb je nodig? Een goed begin is volgens Ireen het halve werk. Begin alvast met je afval nog meer te scheiden. Gebruik een bak voor het groene afval: groente- en fruitschillen, koffiedik, biologische banenschillen, tuinafval, ongekookte groente- en fruitresten. Verder heb je voor goede compost ‘bruin’ afval nodig: de doppen van noten, karton, haagscheersel, versnipperd snoeihout, stro en herfstbladeren.

Compostwormen

En je hebt natuurlijk wormen nodig. Geen gewone regenwormen, maar de zogeheten Eisenia Fetida of de Eisenia Hortensus. Deze strooiselwormen houden vooral van organisch rijk materiaal en leven vlak onder de oppervlakte in plaats van dieper in de bodem. Een mix is volgens Ireen het beste. Je kan een handje wormen vragen bij iemand die al een compostbak heeft. Of je kunt ze ook online bestellen. Je wormenbak kun je dan aanvullen met de gewone regenwormen (grauwe wormen) voor extra bodemstructuur.

Compostlasagne

“In je wormenbak maak je vervolgens een compostlasagne,” licht Ireen toe. “Je moet de lagen afwisselen, want groenafval biedt vocht, maar weinig structuur. Bruin afval is ouder en droger en biedt juist veel structuur. Je begint met een bruine laag. Daarop doe je een laag compostwormen en daarna een handjes groenafval. Daarna voeg je na iedere laag groenafval een laagje bruin afval toe. Tussen elke laag doe je karton. Voldoende karton is belangrijk voor de zuurgraad, zuurstoftoevoer en de vochthuishouding. Afhankelijk van de grootte van je huishouden heb je twee tot zes compostringen nodig. Na enkele weken druppelt er dan als alles goed gaat een donkere vloeistof onder uit je wormenbak. Deze ‘wormenthee’ bestaat uit het vocht uit keukenafval, wormenurine en opgeloste voedingsstoffen. Het zit vol enzymen, bacteriën en voedingsstoffen. Dit verdun je 1:10 met water en daar trakteer je je planten op.” 

Wat je vooral niet moet doen

Composteren kan iedereen leren, maar volgens Ireen zijn er ook een paar grote don’ts. Zo moet je in het begin de wormen de tijd gunnen om zich aan te passen aan hun nieuwe omgeving. Ik zie dat mensen vaak enthousiast aan het voeren gaan,”  zegt Ireen. “Maar je moet je wormen in het begin mondjesmaat te eten geven en dit geleidelijk opvoeren. Als de wormen teveel eten krijgen, kunnen ze dat niet verwerken. Dan gaan ze dood en gaat je bak stinken!” 

Vraagteken gft-afval

Ook moet je volgens Ireen goed kijken naar wat je aan de wormen serveert en hoe. “Maak het afval klein voordat je het in de wormenbak gooit,” adviseert Ireen. “En geef je wormen nooit gekookte groente- en fruitresten. Of pasta, kaaskorsten, brood, vlees of botten. Pas ook op met niet-biologische bananenschillen, die kunnen gif bevatten. En doe rustig aan met knoflook, ui, chilipepers en citrusschillen.”

Het meest belangrijk is dat je voor voldoende vocht en zuurstof moet zorgen. “Daarom zijn die laagjes zo belangrijk,”  stelt Ireen. “Groen afval zorgt voor vocht en bruin afval voor zuurstof. Als er niet voldoende zuurstof bij komt, kunnen er schadelijke broeikassen ontstaan zoals methaan en lachgas. Bij een traditionele composthoop moet je de boel daarom goed omscheppen en vochtig houden. Bij een wormenbak laat je de wormen juist met rust. De wormen doen het werk. Zij kruipen door de compost en houden deze luchtig bij een goede verhouding tussen bruin en groen afval.”  

Ook moet je rekening houden met de temperatuur. Zo kunnen de wormen wel tegen een beetje kou, maar absoluut niet tegen hitte. Buitentemperaturen boven de 30 graden kunnen funest zijn. Zet je wormen dus nooit in de volle zon. Tegen de kou zijn de wormen beter bestand. Wel moet je er rekening mee houden dat de wormen bij een temperatuur beneden de tien graden bijna niets meer eten. Onder de 4 graden gaan ze zelfs in een soort winterslaap. Dan mag je ze niets voeren. Wormen gaan wel meer eitjes leggen als het kouder begint te worden. 

Wormenbak in winter en zomer

Met onze voedselresten naar een groenere stad

Mijn missie is geslaagd als ik zoveel mogelijk mensen heb laten kennismaken met het wormcomposteren,” besluit Ireen. "Iedereen kan het leren en het is nog leuk en nuttig ook. En steden hebben groen nodig, zeker nu er steeds meer wordt gebouwd. Dat groen heeft goede voeding nodig. Hoe mooi is het als we onze eigen voedselresten die we anders weggooien, gebruiken als voeding voor een groenere stadsbodem? Want die bodem is zo belangrijk! En laten we onze wormen koesteren. Want onze bodem kan niet zonder ze.”  

Zelf aan de slag?

Kijk eens op Balkonton.nl, de website van Ireen. Of op bijvoorbeeld Compostgilde.nl. Of bekijk de aflevering van Klokhuis waarin uitgelegd wordt hoe je zelf een wormenhotel kunt maken. De volgende keer vertelt Rowin Snijder van Le Compostier hoe wormenhotels niet alleen kunnen bijdragen aan een kleinere kringloop, maar ook aan meer verbinding in de buurt.

Tips van Ireen

  • Gebruik golfkarton of ribbelkarton in plaats van massief karton. Massief karton (van de rijstverpakkingen) is waterbestendig en absorbeert slecht. En je mist het voordeel van de luchtkanaaltjes.
  • Heb je geen karton? Dan kun je ook papiersnippers, droge bladeren of stro gebruiken. Gebruik je gezonde verstand: een hele laag zaagsel of een pak papier laat weinig lucht door.
  • Zet je wormenbak in de zomer in de schaduw. Heb je geen schaduwplekje? Improviseer een schaduwdoek van wat waslijn en een oud laken. Of bevestig een paraplu met touw of tape aan je wormenbak.
  • Ga je op vakantie? Je kunt je wormen makkelijk een week of twee alleen laten. Vul je wormenbak goed met compost. Maar ga niet in een keer een voorraad voor meerdere weken toevoegen. Dat gaat stinken en je jaagt je wormen weg.
  • Zorg voor gezinsuitbreiding. Pas de hoeveelheid afval aan de omvang van je wormenkolonie aan. Een wormenkolonie kan zich in drie maanden verdubbelen en kan daarmee ook de dubbele hoeveelheid afval verteren. 
  • In de zomer kan een wormenbak fruitvliegjes aantrekken. Verhoog de zuurgraad door wat lavameel door het afdekzand of door het afval te strooien. Daar houden fruitvliegjes (en andere insecten) niet van. 
  • Wat doe je als het werktempo van je wormen tegenvalt? Zet ze harder aan het werk. Geef je wormen een cafeineshotje of bekijk meer tips van Ireen
  • Bekijk de leuke reportage die Pieter Tinbergen over Balkonton maakte in het kader van de Duurzame 100 Amsterdam-Noord. 

 

Meer weten over regenwormen?