Afbeelding activiteiten met gevaarlijke stoffen

Activiteiten met gevaarlijke stoffen in de haven van Rotterdam

Activiteiten met gevaarlijke stoffen

We staan er niet zo bij stil, maar in ons dagelijks leven maken we gebruik van allerlei producten die gemaakt worden met behulp van chemische (grond)stoffen. Denk bijvoorbeeld aan cosmetica, medicijnen, brandstoffen, schoonmaakmiddelen, verf en kunststoffen. Om deze producten te maken, moeten de grondstoffen geproduceerd, verwerkt en vervoerd worden. Deze stoffen worden vervoerd over de weg, over het spoor, door buizen en over water. 

In een klein land als Nederland wonen er mensen in de buurt van bijvoorbeeld een LPG-tankstation, hogedruk aardgasleidingen, chemiebedrijf of langs een spoorlijn waarover chemische stoffen worden vervoerd. Deze stoffen kunnen brandbaar, explosief en/of giftig zijn. Ze worden daarom “gevaarlijke stoffen” genoemd. De productie, gebruik, opslag en vervoer van deze stoffen worden activiteiten met gevaarlijke stoffen genoemd. 

Wat is externe veiligheid?

Externe veiligheid gaat over de risico's voor mens en milieu bij het maken, gebruiken, opslaan en vervoeren van gevaarlijke stoffen. Er zijn regels om de uitvoering van deze activiteiten zo veilig mogelijk te maken en de risico’s voor mens en milieu te beperken. Risico gaat over de kans op een ongeval en over het gevolg van een ongeval. De regels zijn erop gericht om de kans op een ongeval met gevaarlijke stoffen te beperken. Ook zijn er regels om de gevolgen van een brand, explosie of gifwolk te beperken, bijvoorbeeld door afstand te houden tussen woningen en chemiebedrijven. Hoe verder je van het ongeval af bent, hoe kleiner de gevolgen. De regels om de omgeving te beschermen tegen mogelijke risico’s van de activiteiten met gevaarlijke stoffen vallen onder het externe veiligheidsbeleid.

Afbeelding externe veiligheid

Huizen en industrie

Gevaarlijke stoffen zijn stoffen die schade of ernstige hinder kunnen veroorzaken voor mens, dier en milieu. Bij gevaarlijke stoffen kun je bijvoorbeeld denken aan benzine, LPG of ammoniak. Het gaat hierbij om stoffen die brandbaar, explosief en/of giftig kunnen zijn.  

Brandbare stoffen  
Brandbare stoffen hebben drie belangrijke effecten die een directe impact op de mens kunnen hebben: vlamcontact, warmtestraling en rook. 
  • Bij direct contact met de vlammen (vlamcontact) kunnen brandwonden ontstaan.  
  • Door de warmtestraling (hitte) warmen de omgeving en de objecten in de buurt van de brand op en stijgt de temperatuur. Als je te lang aan deze warmtestraling wordt blootgesteld, kan dit leiden tot brandwonden op de huid of letsel aan de luchtwegen wanneer opgewarmde lucht wordt ingeademd.  
  • Tot slot vormt ook het vrijkomen van rook bij een brand een gevaar voor de mens. Het kan leiden tot vergiftiging omdat elke rookwolk gevaarlijke stoffen bevat. Het gezondheidsrisico veroorzaakt door deze rook hangt af van de soort schadelijke stoffen die in een rookwolk aanwezig zijn en de hoeveelheid rook die mensen binnen krijgen. 

Explosieve stoffen 
Bij een explosie komt in korte tijd een grote hoeveelheid energie vrij. Dit veroorzaakt een drukgolf die zich in de omgeving verplaatst en schade kan aanrichten. De drukgolf wordt gekenmerkt door: 

  • het drukverschil ten opzichte van de omgeving (overdruk); 
  • tijdsduur van de drukgolf. 

De ernst van de schade hangt onder andere af van de mate van overdruk en de tijdsduur van de drukgolf. Daarnaast zijn er nog andere explosie-effecten, zoals rondvliegende scherven (bijvoorbeeld glas en dakpannen) en instorting van bouwwerken die ernstige schade kunnen veroorzaken. 

Giftige stoffen 
Giftige stoffen kunnen bij blootstelling bijvoorbeeld leiden tot irritaties aan de luchtwegen, huid en ogen. Daarnaast kunnen giftige stoffen leiden tot misselijkheid, bewusteloosheid of zelfs overlijden. Of deze effecten optreden hangt af van het type stof, de concentratie, de duur van de blootstelling en de wijze van blootstelling (bijvoorbeeld inademing, huidcontact). Er zijn ook mensen die bij bepaalde stoffen sneller of heftigere klachten kunnen krijgen. Bij sommige stoffen heb je maar even gezondheidsklachten en kun je helemaal herstellen. Andere stoffen kunnen blijvend letsel veroorzaken en levensbedreigend zijn.

Voor het omgaan met gevaarlijke stoffen gelden allerlei veiligheidsregels. Er gelden regels voor zowel het maken, opslaan en vervoeren van gevaarlijke stoffen. Zo moeten stoffen veilig verpakt worden en gelden er eisen voor onderhoud aan chemische fabrieken. 

Ook mogen chemiebedrijven zich niet overal vestigen. Ze mogen bijvoorbeeld niet in een gebied staan waar veel mensen wonen of werken, zoals in een woonwijk, bij een ziekenhuis of in de buurt van een school. Door afstand te houden tussen activiteiten met gevaarlijke stoffen en andere gebouwen worden de mogelijke gevolgen bij ongevallen zoveel mogelijk beperkt. 

Als voldoende afstand houden niet mogelijk is, kunnen gebouwen worden versterkt met bijvoorbeeld brandwerende gevels. Daarnaast kunnen beschermende maatregelen in de omgeving worden genomen. Er kan bijvoorbeeld een aarden wal geplaatst worden tussen een chemiebedrijf en een woonwijk om mensen te beschermen tegen branden en explosies. 

Verder is het belangrijk dat de omgeving bereikbaar is voor hulpdiensten en dat omwonenden weten wat ze moeten doen om zich in veiligheid te brengen bij een ongeval met gevaarlijke stoffen.   

Nederland is verdeeld in 25 veiligheidsregio’s. De veiligheidsregio zet zich in om ongevallen te voorkomen. Dat doet zij in opdracht van gemeenten. Ook bereidt de veiligheidsregio zich voor op ongevallen, bijvoorbeeld door oefeningen te houden. En als er een ongeval plaatsvindt, komt de veiligheidsregio in actie. Dit doet zij samen met partners als de brandweer, politie en ambulancedienst. Een goede samenwerking tussen hulpdiensten, overheden, bedrijven en burgers is daarbij belangrijk. Volg daarom tijdens een ongeval met gevaarlijke stoffen altijd de instructies en adviezen op van de veiligheidsregio en hulpdiensten (politie, brandweer, ambulance). 

Afbeelding intro

Deze infographic toont het plaatsgebonden risico rondom een activiteit met gevaarlijke stoffen.

Plaatsgebonden risico

Voor activiteiten met gevaarlijke stoffen wordt een plaatsgebonden risico (PR) bepaald. Dit is de kans per jaar dat een persoon, die altijd aanwezig is op die plaats, overlijdt door een ongeval met een gevaarlijke stof. De kans om te overlijden door een ongeval met gevaarlijke stoffen is het grootst in de buurt van het ongeval. Hoe verder van het ongeval, hoe kleiner de kans op overlijden.

Het plaatsgebonden risico wordt gebruikt als basis voor de veilige afstand tussen activiteiten met gevaarlijke stoffen en andere activiteiten. Binnen deze contour mogen geen woonwijken gebouwd worden. Ook mag je binnen deze contour geen gebouwen bouwen voor minder zelfredzame mensen. Denk aan basisscholen, ziekenhuizen, of verpleeghuizen. Op deze manier worden mensen beschermd tegen mogelijke ongevallen. 

Het plaatsgebonden risico wordt met een contour op een kaart zichtbaar gemaakt. Bij een chemisch bedrijf ziet deze contour eruit als een cirkel om het bedrijf. Bij een spoorweg waar gevaarlijke stoffen over worden vervoerd, als een strook langs de spoorweg. De contour die een plaatsgebonden risico van één op de miljoen (1/1.000.000) per jaar aangeeft wordt op de kaart aangeduid als de 10-6 contour. 

Het plaatsgebonden risico wordt meestal berekend met modellen. In deze modellen worden ongevalsscenario's die kunnen optreden meegenomen. Eén van de aannames in deze modellen is dat een persoon zich onafgebroken en onbeschermd op één bepaalde plaats bevindt. Voor sommige activiteiten zijn door de overheid vaste afstanden voor het plaatsgebonden risico bepaald. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een LPG-tankstation. 

Aandachtsgebieden

Aandachtsgebieden zijn gebieden waarbinnen mensen in gebouwen, zonder aanvullende maatregelen, onvoldoende beschermd kunnen zijn tegen de gevolgen van ongevallen met gevaarlijke stoffen. Denk bij gebouwen bijvoorbeeld aan woningen, winkels of scholen. Het type aandachtsgebied maakt direct zichtbaar door welke gevaren (brand, explosie of gifwolk) de omgeving kan worden getroffen. Deze gebieden kun je op een kaart zichtbaar maken. Aandachtsgebieden zijn in de regel een groter gebied rond een activiteit met gevaarlijke stoffen dan het plaatsgebonden risico. 

Afbeelding intro

Deze infographic laat de verschillende mogelijke aandachtsgebieden rondom een activiteit met gevaarlijke stoffen zien.

Er zijn drie soorten gevaren te onderscheiden: brand (warmtestraling), explosie (overdruk) en gifwolk (dosis giftige stoffen in de lucht). Elk gevaar heeft een eigen aandachtsgebied: een brandaandachtsgebied, een explosieaandachtsgebied en een gifwolkaandachtsgebied. Sommige activiteiten met gevaarlijke stoffen veroorzaken één soort gevaar en hebben daardoor één type aandachtsgebied, alleen voor brand, explosie óf gifwolk. Er zijn ook activiteiten die meerdere gevaren en daarmee een combinatie van aandachtsgebieden hebben. Dit kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt doordat er binnen een bedrijf brandbare, explosieve en/of giftige stoffen worden gebruikt of doordat er verschillende soorten stoffen worden vervoerd. 

Aandachtsgebieden worden berekend met modellen. Voor enkele activiteiten, zoals het vervoer van gevaarlijke stoffen, worden aandachtsgebieden niet berekend. Hiervoor heeft de overheid de omvang van de aandachtsgebieden vastgesteld. Een belangrijk doel van aandachtsgebieden is om gemeenten bij nieuwbouwplannen rekening te laten houden met ongevallen met gevaarlijke stoffen. Als een gemeente bijvoorbeeld nieuwe woningen in een aandachtsgebied toestaat, bepaalt zij of aanvullende beschermende maatregelen nodig zijn, zoals het versterken van gebouwen of het informeren van inwoners over schuilmogelijkheden. 

Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat legt de aandachtsgebieden in een filmpje verder uit.

Plaatsgebonden risico

Kaart met plaatsgebonden risicocontouren.

Aandachtsgebieden

Kaart aandachtsgebieden

Kaart met brandaandachtsgebieden en explosieaandachtsgebieden.

Vervoer gevaarlijke stoffen

Kaart vervoer gevaarlijke stoffen

Kaart met routes voor vervoer van gevaarlijke stoffen per weg, water en buisleiding. 

Wat kun je zelf doen om voorbereid te zijn op een ongeval met gevaarlijke stoffen?

De kans op een ongeval met gevaarlijke stoffen is klein. Maar er zijn een aantal dingen die je kunt doen om beter voorbereid te zijn, mocht er toch iets gebeuren: 

  • Kijk op de kaarten op de Atlas Leefomgeving om te zien of en waar in jouw buurt gevaarlijke stoffen worden verwerkt, opgeslagen of vervoerd;
  • Let op signalen die wijzen op de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen: gevaarborden op vrachtwagens, noodsirenes van bedrijven, afzettingen met tekens die naar giftige stoffen verwijzen;
  • De veiligheidsregio’s zetten zich in voor de veiligheid van de inwoners en bezoekers van dat gebied. Bekijk daarom op deze website onder welke veiligheidsregio je valt;
  • Zoek uit waar je in jouw regio de regionale rampenzender op radio en televisie kan vinden. Deze zender deelt tijdens een ongeval belangrijke informatie. 
  • Zorg dat je een noodpakket in huis hebt zodat je de eerste tijd voor jezelf en je gezin kan zorgen; 
  • Weet hoe je gas, elektriciteit en ventilatie uit kunt zetten;
  • Weet wat je moet doen als de sirene gaat;
  • Kijk ook om naar familie, vrienden of buren die zich minder goed kunnen redden.
  • Heb je zelf een beperking of ben je hulpbehoevend? Vraag mensen om je heen of ze je willen helpen mocht er iets gebeuren. 

Kijk voor meer informatie op de website van jouw veiligheidsregio of gemeente.

Afbeelding voorbereiding

Vat met gevarenstickers

Wat kun je zelf doen bij een ongeval met gevaarlijke stoffen?

Wanneer in jouw buurt gevaarlijke stoffen vrijkomen door een brand of ongeval kun je een NL-Alert krijgen. Een NL-Alert krijg je alleen als er een ongeval bij jou in de buurt plaatsvindt. Je krijgt dan een bericht op je mobiele telefoon. In het NL-Alert staat wat er aan de hand is, wat je moet doen en waar je meer informatie kan vinden. Iedereen die in een gebied rondom een ongeval is, kan een NL-Alert ontvangen. Ook als je op doorreis bent of toevallig op bezoek bent in het gebied. Wat je moet doen, bijvoorbeeld schuilen of vluchten hangt af van de soort stof en het soort ongeval (brand, explosie en/of het vrijkomen van giftige stoffen). 

Bij een ongeval kan ook de sirene af gaan. Als de sirene af gaat, ga je zo snel mogelijk ergens naar binnen en sluit je ramen en deuren en zet je de mechanische ventilatie uit. Jouw rampenzender voorziet je in geval van een ongeval zo spoedig mogelijk van de laatste informatie. Informatie kan sneller beschikbaar zijn via internet. Kijk daarom ook op websites en sociale media van de regionale omroep en op websites van de veiligheidsregio. 

Kijk voor meer informatie op de website van jouw veiligheidsregio of gemeente. 

Kijk ook eens bij

Natuurgeweld

Natuurgeweld in Nederland komt vooral voor in de vorm van extreem weer, natuurbranden en aardbevingen.

Natte koeltorens

Natte koeltorens kunnen een bron zijn van de legionella bacterie. Wat is een natte koeltoren en staan ze bij jou in de buurt?