Kan de productie van ons voedsel anders, beter en duurzamer? Herenboeren denkt van wel. Namelijk door mensen te betrekken bij hun voedselproductie. En door landbouw en natuurherstel hand in hand te laten gaan. Wat dit oplevert? Blije mensen, een betere leefomgeving voor mens en dier en eerlijk eten. Atlas in gesprek met twee herenboeren en oprichter van Herenboeren Geert van der Veer.

Herenboeren? Waren dat niet grootgrondbezitters in de 19e eeuw die loonarbeiders op hun boerderij het werk lieten opknappen? “Het begrip herenboer is inderdaad enigszins beladen als je bijvoorbeeld Wikipedia leest”, geeft oprichter Herenboeren Nederland Geert van der Veer toe. “Het was eigenlijk een werktitel. Toch dekt hij de lading. De nieuwe Herenboeren gaan als een heer met hun land om. Met respect voor alles wat er groeit en bloeit. Hoe mooi zou het zijn als je die nieuwe definitie straks op Wikipedia vindt?”

Verbinding zoek

Geert van der Veer is zijn hele carrière al bezig met het verduurzamen van de agrarische sector. Maar hij botste vaak op tegen het bestaande systeem. “Meer dan de helft van Nederland bestaat uit landbouwgrond”, stelt Geert. “We verbouwen zoveel dat we de tweede exporteur van de wereld zijn. Maar export is alleen gericht op geld verdienen. Die intensieve landbouw gaat ten koste van de biodiversiteit en het leefklimaat voor mens en dier. Het gaat vooral om productie. De veestapel is enorm. Ergens verloren we de verbinding tussen wat we nodig hebben en wat we produceren. Maar ook de verbinding met het voedsel zelf. Dat kopen we in voorverpakte pakjes in de supermarkt. Veel mensen hebben geen idee hoe het groeit. En de boer zelf? Die houdt er ook niet veel aan over. Het meeste geld gaat toch naar banken, supermarkten en de agrarische industrie.”   

Nieuw perspectief

“Het zette mij in 2012 aan het denken”, vertelt Geert. “Ik wilde een nieuw perspectief bieden. De kloof tussen burger en boer dichten. Mensen weer betrekken bij wat ze eten en bij de weg die hun voedsel aflegt naar hun bord. En toe naar een nieuw systeem waar niet de productie centraal staat, maar de natuur. Wat als je nu boerderijen opricht, waar niemand rijker van wordt? Maar die wel bijdragen aan een beter leefklimaat voor mens en dier en eerlijk voedsel opleveren.”

Het idee voor Herenboeren is simpel: je laat 200 mensen ieder 2000 euro inleggen. Daarmee gaan ze een boerderij realiseren. Ze gaan op zoek naar 20 hectare grond en nemen een boer in loondienst die de boerderij runt. De oogstopbrengst verdelen ze onder elkaar. De leden betalen daarnaast tussen de 7 en 14 euro in de week voor de producten die ze afnemen. Zelf werken de leden niet verplicht mee op de boerderij. Maar dit mag wel en wordt ook gestimuleerd.

“Het mooie is dat Herenboeren zelf de boerderij runnen”, zegt Geert. “Als mensen weten waar hun eten vandaan komt, raken ze meer betrokken bij de natuur. En dan gaan ze er ook anders mee om. Daar ben ik heilig van overtuigd. Ik zie ook blije mensen. Het is toch veel leuker om elke week met je mandje bij de boerderij te staan dan in de rij in de supermarkt?”

Stichting Herenboeren Nederland en de allereerste Herenboerderij

In 2014 richtte Geert Stichting Herenboeren Nederland op. En in 2016 zag in zijn eigen woonplaats Boxtel de eerste Herenboerderij van Nederland, Herenboerderij Wilhelminapark, het levenslicht. Inmiddels telt Nederland zo’n 10 werkende Herenboerderijen en zijn er nog 31 in oprichting. De Herenboerderijen werken allemaal volgens de pijlers van Herenboeren: natuurgedreven, sociaal verbonden en economisch gedragen met aandacht voor meervoudige waarderecreatie, landschapsherstel en community-ontwikkeling. En het vertrekpunt is altijd bodemherstel. Want zonder een goede bodem ben je volgens Geert nergens.

In gesprek met Herenboerderijen Goedentijd en De Vlinderstrik 

Mooie principes, maar hoe werkt dat in de praktijk? Bart Geerts en Esther zijn al sinds 2018 betrokken bij Herenboerderij Goedentijd in Alphen in de buurt van Tilburg. “We hebben een stuk grond in Alphen waar al een boerderij aanwezig was”, vertelt Bart. “Dat scheelde veel tijd. Zo hoefden we geen stallen aan te leggen en konden we ons materieel in de schuren opslaan.” De boerderij ligt in een mooie omgeving naast een bos. “We hadden alleen niet voorzien dat dit onuitgenodigd bezoek zou opleveren”, aldus Bart. “Zo hadden de vossen en andere wilde dieren het op onze kippen voorzien. We hebben nu helaas minder kippen dan bij de start.”

boerenerf

Van maisveld naar gemengd boerenbedrijf

Sinds de boerderij operationeel was, verdubbelde het aantal aanmeldingen in een jaar van 250 naar 500 monden. Maar die monden moet je ook kunnen voeden. “We zijn eerst begonnen met bodemherstel”, licht Bart toe. “Die bodem was jarenlang intensief gebruikt voor maisteelt. Maar als je jarenlang hetzelfde gewas op eenzelfde plek teelt, wordt de bodem minder vruchtbaar. Wij zijn aan de slag gegaan met onder andere Japanse haver als groene bemester. Ook zaaiden we velden met Afrikaantjes om de vele aaltjes in de bodem te bestrijden.”

De eerste oogst was vrij mager: zo'n vijf radijsjes per mond. “Van Afrikaantjes kun je niet eten”, lacht Bart. “En met een handjevol radijsjes kun je ook geen 500 monden voeden. Ons bodemwerk leverde een jaar later wel een hele mooie oogst op. Nu hebben we 55 gewassen en 50 soorten bomen op ons terrein staan. We hebben kippen en varkens en de eerste kalfjes van onze koeien zijn geboren. In zo’n korte tijd maakten we een omslag van maisveld naar boerenbedrijf. Dat is fantastisch om te zien.”  

varkens

Mankracht en geen bestrijdingsmiddelen

Een van de mooie dingen aan Herenboeren is volgens Bart dat productie geen doel op zich is. “Je kunt andere keuzes maken. Vinden vogels onze kersen lekker? Dan halen we die kersenboom niet weg, maar planten we een andere boom met vruchten voor die vogels. We kijken niet alleen naar wat wijzelf nodig hebben, maar ook naar wat onze omgeving nodig heeft. Ook al kost dit meer tijd.” Zo bemande een leger coloradokevers de aardappelen onlangs. “Dan zetten wij mankracht in en geen bestrijdingsmiddelen”, vertelt Bart. “We gingen met z’n allen het veld op om eigenhandig de kevers van de aardappelen af te halen. Een pokkenkarwei. Maar ik vond het mooi om te zien hoe iedereen enthousiast meewerkte. Dat samen doen, daar word ik erg gelukkig van.”  

Met seizoenen mee eten

Ook leerde Bart dankzij Herenboeren veel over wat er welk seizoen groeit. “Door met de seizoenen mee te eten, maak je de seizoenen bewuster mee,” zegt hij. “En je eet gezonder. Tomaten rechtstreeks van het veld hoeven geen hele reis te maken en zijn veel verser dan die uit Spanje. We nemen onze kinderen dan ook graag mee naar de boerderij om ze te leren waar hun eten vandaan komt.”

Wat wij in de toekomst willen? “Volledig circulair worden en voor een mooie kringloop op onze Herenboerderij zorgen. En onze kennis delen in het netwerk van Herenboeren en daarbuiten.”  

Herenboerderij in stad? De Vlinderstrik!

Een Herenboerderij in een drukke stad als Rotterdam? Maak kennis met Herenboerderij De Vlinderstrik. “Onze Herenboerderij ligt tussen Midden-Delftland en de Rottemeren”, vertelt bestuurslid Simone Roodenberg. “Vlakbij een drukke verkeersweg, een bedrijventerrein, een metrostation en op twee kilometer afstand Rotterdam Hague Airport. Niet echt een plek waar je een boerderij verwacht.”

groententuin

Unieke match

“We zijn heel blij dat we een locatie hebben gevonden,” zegt Simone. “Dat was best een uitdaging. “De druk op de vierkante meter is in Rotterdam groot. Gelukkig kwamen wij in contact met Natuurmonumenten. Zij hadden de Schiebroekse polder van de gemeente in pacht, een polder met weilanden en akkers tussen Rotterdam en Lansingerland. Het doel was om hier natuur en recreatie te creëren. Nu brengen wij met Natuurmonumenten en de gemeente landbouw, natuur en mensen samen. Een mooie match! En tamelijk uniek. Zo zijn wij de eerste Herenboerderij in Nederland in een stedelijke omgeving.”

Andere dynamiek in stedelijke omgeving

Zo’n Herenboerderij in een stedelijke omgeving geeft een andere dynamiek volgens Simone: “Stadsbewoners zijn niet op het platteland opgegroeid. Mensen denken: leuk, ik word herenboer en dan heb ik de volgende week eten op mijn bord. Maar het opstarten van een Herenboerderij is een project van lange adem. Je moet met elkaar heel veel keuzes maken. Welke dieren ga je houden en met welke regels heb je te maken? Welke groenten ga je verbouwen? En hoe ga je dat doen? Het is echt samen leren en pionieren. En dan duurt het nog een paar jaar voor je een goede oogst hebt. Zo viel de eerste oogst tegen door de droge zomer en de slechte bodem. Maar we werkten hard om onze bodem te verbeteren en we schaften een nieuw watersysteem aan. Nu is de kwaliteit van onze groenten veel beter.”

Juist in steden is er veel animo voor lokaal en gezond eten. “In de stad zijn de hotspots met lokaal en gezond eten sterk in opkomst”, stelt Simone. “Het leeft echt. Daarom is het des te leuker dat mensen bij ons kunnen ontdekken wat het inhoudt om dat eten zelf te verbouwen en wat daar allemaal bij komt kijken. Mensen maken weer kennis met vergeten groenten als raapstelen. En op onze website vind je recepten. Want leuk, die raapstelen, maar hoe maak je er iets lekkers mee?”   

Samen zorgen voor de natuur

Als Herenboerderij heeft De Vlinderstrik een extra opdracht door haar samenwerking met Natuurmonumenten. De samenwerking met Natuurmonumenten en de boswachters is intensief. “We overleggen bijvoorbeeld de aanplant van onze boomgaarden", licht Simone toe. "En we laten een deel van de oogst liggen voor de vogels. Zo zorgen we samen voor de natuur.” Natuurmonumenten wil dat De Vlinderstrik een plek wordt waar mensen uit de omgeving de natuur kunnen beleven. “Wij organiseren rondleidingen via Natuurmonumenten en voor leden”, licht Simone toe. “Samen met Natuurmonumenten gaan wij wandelpaden, bruggetjes en fietspaden aanleggen. Zo wordt het in de toekomst een mooie recreatieplek in de natuur voor álle Rotterdammers.”

groententuin met bonenstaken

Grootste cadeautje

Wat ze het leukste vindt aan herenboeren? Het samen doen. “We maken samen een teeltplan”, zegt Simone. “Elke stem geldt. Dat is best een uitdaging met al die deelnemers. Zo houden we regelmatig bijeenkomsten en proberen we het echt bottom-up te organiseren.” Ook krijgt de community volgens Simone steeds meer vorm. “Je ontmoet gelijkgestemden. En omdat je zo intensief samenwerkt, leer je elkaar ook steeds beter kennen. Daar deel van uitmaken, is voor mij het grootste cadeautje.”

Rotterdam in beweging

“We zijn heel blij met de realisatie van De Vlinderstrik”, licht Diny Knol, secretaris van Stichting Herenboeren Rotterdam, toe. “Maar we willen meer herenboerderijen in de regio. Dan moeten we eerst wel grond vinden. Dat blijft een lastig proces. We kijken rondom Rotterdam, zoals het Buijtenland van Rhoon of het Rottemeren gebied in Midden-Delftland. Er komt niet vaak een stuk grond vrij en je moet op het goede moment toe happen. De druk op de ruimte is groot en je moet het hebben van boeren die willen stoppen en het gunnen aan herenboeren om ‘het anders te gaan doen.”

Niet alleen het vinden van een geschikte locatie kan het proces vertragen. Ook bestemmingsplannen kunnen voor de nodige vertraging zorgen. In De Bilt was de belangstelling voor een Herenboerderij groot. Maar liefst 500 deelnemers hadden zich gemeld voor Herenboerderij Nieuw-Bureveld. Er lagen al plannen voor de natuurinclusieve productie van vlees, fruit en groente. Een locatie was er ook al. Martine Wismeijer en Dirk-Jan Stelling, eigenaren van zorgboerderij, landwinkel en veehouderij Nieuw-Bureveld, wilden 10 hectare grond verpachten. Ook waren er twee boeren. Maar na anderhalf jaar overleg met de gemeente loopt het proces vast. De initiatiefnemers besloten de stekker eruit te trekken. Een brandbrief en een artikel in het AD leidden tot ophef in de gemeenteraad. Nu maakt Herenboerderij Nieuw-Bureveld toch een doorstart. Al stelt de Herenboerderij de oprichting uit tot volgend jaar om samen net de gemeente de laatste hobbels te nemen.   

Grond is van iedereen

hand met schepje planten

Geert van der Veer herkent deze problemen. “In Nederland staat de ruimte onder druk”, licht hij toe. “De schaarse grond leidt tot hoge grondprijzen. Daarom hebben wij Stichting Aardpeer opgericht, samen met Wij.land, Triodos regenerative money centre en BD Grondbeheer. Stichting Aardpeer koopt grond met geld van particuliere beleggers. De grond stelt zij via eerlijke pacht beschikbaar aan natuurgedreven en sociaal verbonden boeren en voedselinitiatieven. Eigenlijk verzamelen we geld uit de maatschappij. Dat geld investeren wij direct in de bodem door het land uit te geven aan duurzaam werkende boeren. We hebben al 7,2 miljoen opgehaald. Het zou mooi zijn als meer mensen zouden beseffen dat onze grond en alles wat daarop groeit en bloeit een verantwoordelijkheid van ons allemaal is.”

Bestuurlijke obstakels

Herenboerderij Nieuw-Bureveld is volgens Geert niet de enige Herenboerderij die tegen bestuurlijke obstakels oploopt. “Wij willen graag kantelen, maar je hebt ook een overheid nodig die een beetje mee werkt”, stelt hij. “Onbekend maakt onbemind. Boerenbedrijven zijn vaak gespecialiseerd: akkerbouw, tuinbouw of veeteelt. Wij doen het allemaal, in ons eigen tempo en op een natuurvriendelijke manier. Nog te vaak horen we: dat past niet in ons bestemmingsplan. Maar dat bestemmingsplan is vaak ouder dan Herenboeren zelf. Daarom probeert Herenboeren in diverse raden deel te nemen om in Den Haag het gesprek te kunnen blijven voeren.”

Laten zien dat het anders kan

Wat wil Geert bereiken met Herenboeren? “Mijn doel is niet zoveel mogelijk Herenboerderijen in Nederland”, besluit Geert. “Wat ik wel wil, is zoveel mogelijk mensen ervan bewust maken dat wij op een andere manier in ons voedsel kunnen voorzien. Herenboeren brengt dit in de praktijk en laat zien wat dit oplevert. Blije mensen, een betere leefomgeving voor mens en dier en eerlijk eten. En wie wil dat nu niet?”

Meer informatie

Foto's: Herenboerderij De Vlinderstrik en Herenboerderij Goedentijd (fotograaf Anke Gielen)