Op 26 oktober organiseren Natuur en Milieufederaties voor de 15de keer de Nacht van de Nacht. Doel is om de hoeveelheid lichtvervuiling te verminderen en energie te besparen. Echte duisternis wordt steeds zeldzamer en elke generatie groeit op met minder sterren. Dat zien we ook op onze kaarten terug.
Door verlichting in de avond en nacht kunnen wij langer actief zijn (werken, sporten en uitgaan) en voelen wij ons veiliger. Maar het heeft ook een keerzijde. Zo’n twee derde van de wereldbevolking leeft in gebieden waar de kunstmatige verlichting sterker is dan de natuurlijke verlichting. Voor Europa is dit zelfs 99%. Nederland spant de kroon en is één van de meest verlichte landen ter wereld. Echte duisternis wordt steeds zeldzamer.
Schaduwkant van ons licht
Deze keerzijde van ons licht wordt in een artikel in de Correspondent heel mooi ‘de schaduwkant van al ons licht’ genoemd. Volgens het artikel verliezen we als mensen langzaam de relatie met de kracht van de nacht. Elke generatie groeit op met minder sterren en heeft geen herinnering aan hoe het vroeger was. Nog even en we zijn met z’n allen vergeten hoe een sterrenhemel eruit ziet. En die sterrenhemel was er al voor wij er waren. Dus daarmee we raken ook steeds meer vervreemd van onze oerbron. WEnR deed in 2005 een groot onderzoek naar hoe mensen duisternis beleven. Een krappe meerderheid vindt het belangrijk is dat het ’s nachts donker is. In het buitengebied hebben mensen meer behoefte aan nachtelijke duisternis dan in de stad. Zijn de mensen in de stad al dusdanig vervreemd van de natuur dat zij minder behoefte hebben aan een mooie sterrenhemel? vragen de onderzoekers zich af.
Hoe licht is het waar?
Om de lichtsterkte in een gebied uit te kunnen drukken, gebruiken we de term hemelhelderheid. Met hemelhelderheid bedoelen we de berekende lichtsterkte van een punt aan de hemel als je recht omhoog kijkt. De kaarten Hemelhelderheid in de nacht met bewolking en Hemelhelderheid zonder bewolking geven weer hoe lichtsterk het waar in Nederland is, uitgedrukt in millicandela per vierkante meter. Hoe meer lichtvervuiling, hoe groter de lichtsterkte. Hoe minder lichtvervuiling, hoe minder de lichtsterkte. Je ziet dat Drenthe, Friesland, de Waddenkust en de Waddeneilanden de donksterste hemels bieden.
Bewolking heeft versterkend effect
Op de kaart met bewolking zie je dat het bij bewolkt weer nog lichter is, want wolken weerkaatsen het licht. In natuurgebieden kan de hemelhelderheid hierdoor met een factor tien worden versterkt, in sommige steden met een factor honderd. Dit is ook op onze kaarten terug te zien. Als je op de stad Utrecht inzoomt, zie je dat Utrecht op de kaart met bewolking geel en oranje oplicht in vergelijking met de kaart zonder bewolking.
Wat betekent dit voor het zicht op onze sterrenhemel?
Het is eigenlijk ironisch dat je met meer licht soms juist minder ziet. Licht vergroot op kleine schaal je omgeving, maar verkleint deze omgeving juist weer op grotere schaal. De term hemelhelderheid is dan ook een beetje misleidend. Want hoe hoger de hemelhelderheid, hoe minder sterren je kunt zien. De kaart Hemelhelderheid - aantal zichtbare sterren geeft het aantal sterren aan de hemel in zeven provincies weer. We zien dat alleen op de Waddeneilanden en op sommige plekken in het noorden van ons land nog de tweeduizend sterren zichtbaar zijn, die het blote oog onder normale omstandigheden (heldere nacht, weg van lichtvervuiling en kleine of nieuwe maan) kan zien. In de meeste steden zijn minder dan honderd sterren te zien. Zoomen we in op de kaart, dan zien we dat op Terschelling het aantal zichtbare sterren op de meeste plaatsen meer dan 1940 is. In de Utrechtse binnenstad zijn minder dan 50 sterren te zien en in de wijken om Utrecht heen is dit slechts iets hoger, 50-69.
Duisternis is nodig
We hebben dat duister wel nodig, net als de meeste planten en dieren. Zonlicht, kunstmatige verlichting, en het licht van beeldschermen en monitoren bevatten een deel blauw licht. Dit blauwe licht remt de productie van het hormoon melatonine. En juist voor rust hebben wij een hoog melatonineniveau nodig. Donkerte is dus essentieel voor onze rustfase. Proeven met muizen tonen aan dat een verstoord dag- en nachtritme effect heeft op de ontwikkeling van diabetes en hart- en vaatziekten. En in onze 24-uurseconomie is een gezond dag- en nachtritme ook steeds meer een probleem. We gaan massaal te laat naar bed, we staan op en gaan naar bed met het blauwe licht van onze schermen en we staan veel te lang in de actieve stand.
Voor dieren en planten kan licht tijdens een donkere periode desastreuze gevolgen hebben. Het licht kan het gedrag en de fysiologie van plant- en diersoorten verstoren, waardoor ook de interactie in een voedselweb verstoord kan raken. Zo verstoort het de oriëntatie van insecten en kunnen vleermuizen bepaalde gebieden rondom lichtbronnen niet meer gebruiken. Sommige planten vertonen groeiafwijkingen bij nachtelijke verlichting.
Duisternis als oerkwaliteit van leefomgeving
Het is dus tijd om het duister weer te erkennen als oerkwaliteit van de leefomgeving van mens en dier en het donker weer donker te laten zijn. Want duisternis is van belang voor onze natuur en voor onze eigen gezondheid. En duisternis maakt het mogelijk meer te genieten van onze sterrenhemel. Die duisternis ervaren, weer een beroep doen op al je zintuigen, dat kan tijdens de Nacht van de Nacht op zaterdag 26 oktober. Tal van activiteiten worden georganiseerd om het duister te ervaren. Ga bijvoorbeeld mee wandelen met Staatsbosbeheer in Dark Sky Park Lauwersmeer. Of doe mee aan de activiteiten die de fortenorganiseren. Op de Nacht van de Nacht-website lees je hoe we samen de strijd tegen lichtvervuiling aan kunnen gaan. Laten we het donker weer donker zijn?