Wet ruimtelijke ordening en Omgevingswet
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) is een belangrijke wet in de ruimtelijke besluitvorming. De wet beschrijft de rolverdeling tussen Rijk, provincies en gemeenten. De Wro is het instrument om ruimtelijke behoeften als wonen, werken, recreëren, mobiliteit, water en natuur in een samenhangende benadering te verdelen.
Andere wetten in het ruimtelijk domein zijn de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Tracéwet. Het kabinet gaat de Wro en verschillende andere wetten vervangen door de Omgevingswet. Deze wet maakt de besluitvorming over ruimtelijke projecten sneller en eenvoudiger.
Structuurvisie en bestemmingsplannen
Het Rijk, provincies en gemeenten maken elk voor hun eigen gebied structuurvisies. Daarin staan de globale plannen die de overheid voor een gebied heeft. In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) staan de plannen van het Rijk voor ruimte en mobiliteit in 2040. Zo beschrijft het kabinet in de Structuurvisie in welke infrastructuurprojecten zij de komende jaren wilt investeren. En op welke manier de bestaande infrastructuur beter benut kan worden. Provincies en gemeentes krijgen in de plannen meer bewegingsvrijheid op het gebied van ruimtelijke ordening.
De structuurvisies van gemeenten worden concreet gemaakt door aanpassingen in het bestemmingsplan. In een bestemmingsplan wordt het gebruiksdoel en type bebouwing voor een gebied vastgelegd. Zo wordt vastgelegd of er een woonwijk of industriegebied mag worden gebouwd en of er hoog- of laagbouw mag komen.
Op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt, worden structuurvisies en bestemmingsplannen vervangen door omgevingsvisies en omgevingsplannen.
laatst bewerkt 3 mei 2018